Serinettes of Kanarieorgels, Vogelkooitjes en Vogeldoosjes
De ontwikkeling van de eerste mechanische zangvogel wordt vaak toegeschreven aan Pierre Jacquet-Droz (1721-1790). Rond 1770 bouwde hij zijn eerste exemplaar. Maar rond 1600 waren er al slotenmakers, uurwerkmakers en goudsmeden, die voor verschillende hoven mechanische apparaten ontwikkelden.
Met name in Zuid Duitsland rond Augsburg werden dieren populair. Van leeuwen tot dromedarissen en zelfs eenhoorns werden het uiterlijk van een klok. Maar ook vogels zoals kippen en hanen. Vaak werden deze kunstwerken niet gesigneerd. Een enkeling werd wel bekend waaronder Johann Ott Hallaicher en Nikolaus Schmidt, beiden uit Augsburg.
De eerste echte mechanische vogel was geen kanarie, maar een papegaai. Gemaakt rond 1600, maker onbekend. Hij is van verguld koper op een houten sokkel en met een klok op z'n borst. Bij elke uurslag rollen z'n ogen en bewegen z'n vleugels heen en weer. Daarnaast legt hij voor elk uur een ei. Als ultiem technisch hoogstandje opent hij z'n snavel en fluit het aantal uren. Het automaatje is 40 cm hoog en de eerst komende jaren te bewonderen in een filiaal van het Bayerisches Nationalmuseum in Landshut (D). De Kunst- und Wunderkammer Burg Trausnitz.
Zie voor het hele verhaal het Bulletin van december 2023.
Foto's © Bayerisches Nationalmuseum, München
Wat vind je onder de tabs, wat achtergronden over :
Serinettes - Orgeltjes met vogelgeluiden : Houten cilinder, een blaasbalgje en loden pijpjes
Vogelkooitjes en -doosjes - zingende mechanische vogels. Nokkenschijven, blaasbalg en fluitje met zuiger
Halverwege de 18e eeuw werden twee boeken gepubliceerd, die de ontwikkeling van mechanische muziek en automaten over heel Europa in een stroomversnelling brachten.
1766 Boek Dom Bedos - l'Art du facteur d'orgues
In 1775 kwam Augustiner Pater Engramelle met een boek over het pinnen van cilinders : La Tonotechnie.