De eerste platenspeeldozen zijn geïntroduceerd door Paul Lochmann in 1885 onder de naam Symphonion. Belangrijkste kenmerk : kam(men) en sterwiel.
a) Types :
- Automaten met muntinworp
- Andere toepassingen – o.a. kerstboomstandaards, fotoalbums
- Capital Cuff box – 1895-1897 Langfelder. Bastaardplaat of conische cilinder, draait tegen de klok in
- Combinaties met grammofoons – ook wel genoemd Phonopectines
- Handmatige bediening - m.n. manivelles
- Klokmodel – de klok zette de platenspeeldoos in werking
- Overgangstypes - 1891 tot 1905. Deze speeldozen hadden kenmerken van zowel cilinder- als platenspeeldozen en organettes. Klok-, Staande- en Tafelmodellen. De bekendste : Ariophone (1891>), Libellion (1891>), Roepke (1896>), Unikon en Arno (de laatste heeft een zinkenstrip als geluidsdrager)
- Salon- Concert model
- Staand model
- Tafelmodel
- Veeraandrijving langgerekt spiraalvormig, eigenlijk een schroeflijnvorm – 1902 Polyphon (zie afbeelding hieronder)
- Veerwinding op spindel, met hendel
- Veerwinding zijkant, met hendel
- Veerwinding door ratelhendel aan de voorkant
Polyphon met veeraandrijving ca. 1902. Toegepast in Regina's en Polyphones. Geen patent wel Gebrauchsmuster No. 152374 en 152298 respectieflijk 2 en 30 maart 1901.
b) Meest voorkomende Stijlen :
- Enkelvoudige plaat
- Platenwisselaar – 1893-1897. Zowel staande- als tafelmodellen
- Subliem Harmonie
- Tweeling en Drielingplaten – rond 1900. Platen draaiden synchroon
c) Kenmerken :
- Aambeeldvingers
- Accessoires – citer, bellen, trommels, triangels, klokkenspel
- Akoestiek Staande exemplaren – kammen op dikke achterwand; houten blok op achterwand in contact met muur
- Dempers sterwiel – 1895 Wacker & Bock/Kalliope
- Jugendstil/Art Nouveau uiterlijk – sierlijke en asymmetrische gebogen en gestileerde vormen, geïnspireerd op de natuur
- Kam - Enkele, Dubbele, Tweedubbele
- Kam en dubbel kam met aparte bassectie
- Kamdelen voor bellen, trommels en klokkenspel
- Kammen onder hoek van elkaar – m.n. Mermod Stella
- Orgeldeel in staande speeldoos
- Overgangstypes - kammen, orgelboeken, sterwielen en/of aambeeldvingers
- Spindel verplaatsbaar – om twee melodieën op één plaat te kunnen afspelen
- Sterwiel – 1889 Paul Wendland/ Symphonion 4 puntig. Voor het plukken van de tanden. Bij dubbele kammen werd afwisselend één kam geplukt, dan wel twee tegelijk. Uitzondering : Mermod Stella sterwiel heeft 5 punten (72 graden)
d) Platen :
- Plaat gepind – plaat met gaatjes, waarin je zelf je eigen compositie kon aanbrengen met pinnen. Genoemd ‘Graf’s Musik-Baukasten’ 1910
- Plaat met extra buitenrand voor de bellennotatie
- Plaataandrijving – vijf types :
- a) draaiende spindel met 1 of 2pinnen, met in de plaat naast spindelgat 1 of 2 aandrijfgaten
- b) aandrijfwiel met puntige nokken en plaat met gatenrand (periferie aandrijving)
- c) aandrijfwiel met kuilen en in de plaatrand bollen (Symphonion)
- d) aandrijfwiel met verende bollen en plaat met gatenrand (Polyphon)
- e) 1900-1930. Gekartelde platenrand via tandwiel. Bovenop klokken, in fotoalbums en als platenspeeldoos
- Plaat materiaal – drie versies :
- 1) Kartonnenplaat – 1882 Paul Ehrlich. Later ook Polyphon
- 2) Stalenplaat – 1886 Paul Lochmann/ Symphonion. Later alle merken
- 3) Zinkenplaat – 1886 voor goedkope versies
- 1) Kartonnenplaat – 1882 Paul Ehrlich. Later ook Polyphon
- Plaatnotatie – zes systemen :
- a) Mira = kuiltjes met opstaand randje
- b) Orphenion = ondiepe kuiltjes
- c) Polyphone, Regina e.a. = sleuf met haakje
- d) Stella = met rechthoekige sleuven
- e) Symphonion = haakje met uitgestanst plaatdeel
- f) Thorens = wigvormige gaten
WALDKRUG TROMPETTER AUTOMAAT met Kalliope Platenspeelwerk - zie Tabs
MERMOD STELLA staande Platenspeeldoos - zie Tabs
Voor andere bijzondere verhalen met veel achtergrond info abonneer je op ons Bulletin